Panama 2023
Druk op Schiphol? Binnen 30 minuten waren we door de draaideur, over Schipholplaza, langs de bagage drop off (in goed NL), beveiliging en douane. Schiphol heeft het op orde.
De komende 2 weken gaan we vanuit Panama Stad over het beroemde Panama kanaal (via een brug ;-)) naar het westen richting de grens van Costa Rica, het oerwoud in, de vulkanen op en het water in richting eiland Coiba om weer te eindigen in Panama Stad.
Kortom, we gaan weer.
Mocht je je uit willen schrijven voor de updates van onze reis stuur een bericht. We halen je dan van de spamlijst af.
Wij gaan langzaamaan naar gate F3 voor een vlucht van circa 10 uur. Maar dan hebben we wel 30C.
Bardena Reales, Riglos, Pyreneeën en Lourdes
Bardenas Reales is een mooi gebied. Stond niet in de Lonely Planet, voor ons onbegrijpelijk. Een vlak land tussen de bergen met kalkrotsen in verschillende vormen. Met name geel en rood gesteente.
De nacht ervoor hebben we geslapen in Alfaro. Niets bijzonders behalve dat ze een kerk hebben waarop ongeveer 100 nesten van Ooievaars op de daken liggen. Dit betekent op het hoogseizoen 300 ooievaars! Dit gebouw blijkt in de wereld de meeste ooievaars te hebben.
Ons oorspronkelijke einddoel was Riglos. Een hoge rodeberg die niet misstaan zou hebben in Monument Valley. Het dorpje Riglos is de uitvalsbasis voor de bergbeklimmers. Het ligt in de uitlopers van de Pyreneeën. Zeer mooie omgeving.
Na wat discussie hebben we besloten alvast de terugreis aan te vangen. Dit bracht ons door de nog besneeuwde Pyreneeën. Eind station Lourdes. Hier hebben we alle deuren van de kerken die op de rots waar zogenaamd Maria verschenen was. Ook hebben de de grot zelf bezocht en in de rij gestaan. Wij hebben Maria wel gezien.
Morgen verder naar het noorden.
Camino Frances
Helaas erg slecht weer en was het bezoeken van de kloosters niet veel bijzonder, gesloten. We hebben de Camino de Frances voor een deel gereden tegen de richting in die de anderen lopen. Rugzak op, poncho er over en wandelstokken in de handen. Respect! Met de auto is het al erg zoeken en heuvel op heuvel af. De route is best mooi maar met de laag hangende bewolking zijn de bergen en het vergezicht ver te zoeken.
De Ponta Reina was een oude brug. Volgens Sabrina stond deze in het water toen we aankwamen. Het leek er wel op met de rivier die er onder stroomt. Verder niet veel ondernomen. Volgens de verwachting wordt het morgen beter qua weer en dan hebben wij een park, Bearnaise Reales (wij kunnen nooit op de naam Bardenas Reales komen), en het alternatief voor Monument Valey; Riglos, althans het zal er niet misstaan wordt ons verteld. Volgens de verwachting moet het morgen weer een beetje minder bewolkt zijn. Zo niet dan rijden we noordwaards hopende op zon.
Van Ferrol via Rugo naar het zuiden langs Portugese grens en naar Segovia
1e paasdag
Eerlijk gezegd waren voor ons alle processies hetzelfde. Het enige dat anders was zijn de karren aan het eind van de processie waarop soms jezus, soms maria en soms beide op stonden. Vrijdag ook nog 1 meegemaakt in de middag. Bijzonder om mee te maken, ook omdat er geen enkele andere toerist te bekennen was.
De zaterdag zijn we afgedaald richting Portugal. In Lugo hebben we de zeer goed behouden Romeinse muur beklommen en rondom de binnenstad belopen. Het binnenstadje is ook leuk ouderwets.
Vervolgens door richting onze eindbestemming via Sobredo (niemand die weet waar het ligt maar het is daar bij de brug over de rivier super mooi. En als tussenstop ook nog de Miradouro de Vilouxe bezocht. In het Engels noemen ze dat een Horseshoe bend. Een rivier die als een hoefijzer om een berg stroomt. Tussendoor waren de landschappen niet super bijzonder maar de tussenstoppen maakten veel goed. Oja, het eindstation was A Vilavella. Een klein dorpje met een erg leuk hotel waar je kan werken. Ze zoeken nog personeel.
1e paasdag was wat betreft landschap weer best saai. Glooiend en lange rechte wegen. Wel 2 keer door een ravijn gereden, Met een brug uit 1914. Metaal en als je dat tegen die tijd wegzet best een kunststuk.
Ciudad Rodrigo was een tussenstop. Erg onbekend bij de toeristen dus wij verwachten een rustig dorpje. Oud Romeins, erg mooi. Was er een processie aan de gang. We vonden het al raar dat er geen parkeerplek te vinden was. Maar het is natuurlijk eerste paasdag. Wij waren allang klaar met de processies. Dan maar even snel de smalle oude straatjes door. De stadswal opgerend en weer de auto in. Voor de drukte uit.
De overnachting is in de bergen waar weer veel mooie uitzichten zijn. De dorpjes die hier liggen doen een beetje Zwitsers aan. Wij zitten in La Alberca. En ons balkon als de Costa del Sol. Zon en even bijkomen van alle mooie indrukken van vandaag, ondanks de lange tocht door wolvenland wat niets opleverde en erg vlak was.
2e paasdag:
De wandeling door La Alberca bracht ons door leuke kleine straatjes met oude gebouwen. Een erg mooi en goed onderhouden bergdorp. Zeker een aanrader om deze wat onbekende omgeving te bezoeken.
Maar het werd tijd om naar onze Romijnse vrienden te gaan, Segovia.
Deze stad heeft een zeer mooi en goed gerenoveerd aquaduct. Vlak langs de oude binnenstad. 3 etages hoog en honderden meters lang. Erg indrukwekkend en voor ons onbegrijpelijk dat het niet even bekend is als het Coloseum. Een erg hoge constructie van stenen. En als je het goed bekijkt vraag je je af hoe de stenen blijven hangen aan de onderzijde van de bogen. De oude binnenstad bezit ook heel mooie oude gebouwen en nauwe straten met een immens grote kathedraal. Om daar binnen te kijken kost een paar euro. Het huis van god is toch niet voor iedereen toegankelijk. Het fort aan de andere kant van de stad was ook gerestaureerd en dateert uit de 17e eeuw. Hier hebben we de hele dag door de stad geslenterd, met de volle zon.
3e paasdag bracht ons een bezoek aan weer een oud vestingdorp Calatazanor. Weer veel oude gebouwtjes en straatjes. De weg er naar toe was wel erg vlak en weinig afwisselend. Aangezien het koud en zwaar bewolkt is zijn we weer doorgereden richting Camino Francés. Een van de vele pelgrim paden. Deze loopt richting Pamplona. Morgen hopen we wat Kloosters aan te doen.
Noord Spanje tot Galicië; Semana Santa parochies
Dinsdag 12 april 2022
Via Capricho de Gaudi, een huis ontworpen door de jonge Gaudi in het dorp Comillas, reden we naar Picos de Europa. We reden door de bergen. Een mooie omgeving maar door matig weer weinig van te zien. We reden door ravijnen en glooiende landschappen. Picos de Europa zouden wij bestijgen via de kabelbaan. Daar aangekomen scheen de zon en was het helder. Maar de wind gooide roet in het eten. In de loop van de middag begon het ook nog te regenen waardoor wij aan het balkon gekluisterd waren.
De volgende ochtend via het domein van de wolf, geen gezien, naar het domein van de beer, geen gezien. Helaas ook nu regende het dus de wolf en de beer zullen wel ergens verscholen zitten. Af en toe was het droog en zonnig een schoot de temperatuur van +4 naar +20C. Door de ruige bergen van Picos de Europa en National Park de Somiedo was het een mooie rit. Met veel uitzichten, waar je niet kon stoppen voor een foto of het domweg te bewolkt was. Deze regio is er niet heel veel minder mooi door.
Donderdag 14 april
De ochtend van de woensdag gingen we verder op pad richting de havenstad Ferrol. Hier wordt Semana Santa actief gevierd met parochies. We hadden de optie snelwegen aangezet op onze navigatie anders zou de trip over landwegen en door de bergen meer dan 6,5 uur gaan kosten. Aangezien wij pas om 9:00 uur mochten ontbijten moesten we over de snelweg. Flink tempo maken door de bergen soms zagen we de oceaan maar veelal glooiende landschappen.
Ferrol kwamen we in het begin van de middag binnen. Inchecken in ons hotel en rondje door het centrum gelopen. Rustig in de stad doordat de winkels tussen 14.00 en 17.00 gesloten zijn maar ook de vakantie. De stad zelf is niet heel erg bijzonder maar heeft ook geen onprettige sfeer.
Om 19:30 uur maar de eerste mogelijkheid van een Paasoptocht bezocht. Verklede mensen met puntmutsen op, in dit geval geen kabouters, lopen in colonne door de straten begeleid met een fanfare. De puntmutsen liepen in een strakke rij. Rode, vervolgens zwarte en gele mutsen. Ieder een staf in de hand en de kinderen die langs de kant stonden kregen snoepjes of een plaatje in de handen gedrukt. Ze lopen ongeveer 1 kilometer per uur en de colonne was behoorlijk lang. Gelukkig stonden wij bij het begin, net na de kerk. Het einde was een groot podium die gedragen werd door tientallen mensen waarop Maria biddend stond. Deze optocht zou een ronde door de binnenstad maken. Wij ook maar dan op weg naar het restaurant.
Donderdag een rondje door Galicië gereden. Een wat ruige kust met mooie uitzichten. Gereden over de, soms erg smalle, landweggetjes door kleine dorpjes. Wat opvalt, ook in Ferrol, is dat Spanje in deze regio best schoon is. Weinig rommel op de weg.
Ons eindpunt was de kerk voor het beginpunt van 1 van de zeer vele pelgrimsroutes naar Santiago de Compostella. Het mooie van het kerkje is…… dat deze niet te bereiken is zonder natte voeten. Dan heb je humor. Zeker als je daarna nog een behoorlijke wandeltocht moet maken. De kerk staat op een landtong en je ziet een trap naar boven richting de kerk. De trap begint alleen in de oceaan.
Het wat ruige Galicië is zeker mooi om te bezoeken. Zeker met de zon is er goed te wandelen.
Vanavond kijken wat de volgende parochie gaat geven.
Aankomst Spanje; omgeving Bilbao
Vrijdag avond iets voor 19.00 uur vertrokken. Rond 22:00 uur waren we bij Lille. Hier een hotel gevonden waar in een slechte B-film een moord zou worden geplaagd. Toch maar een kamer genomen en redelijk geslapen.
De ochtend na een redelijk goed ontbijt van Campanille de reis naar Spanje aangevangen. Rondom Parijs was het even druk maar verder konden we goed doorrijden. Zo goed dat we rond 17:30 uur nabij San Sebastian waren. We hadden een leuk pension gevonden en wilden daar heen. Helaas konden we nergens onze auto kwijt doordat er een weg was afgesloten. Ondanks dat San Sebastian er erg leuk uitzag met de oude gebouwen zijn we weer vertrokken. Hotels voor minimaal 140 euro zonder ontbijt per nacht vinden ook wij te veel.
We kwamen uit in Orio. Een klein berg dorpje met 1 hospedaje. Uitkijkend op een berg. Aangezien het na 18:00 uur was gingen we op zoek naar een restaurant. We vonden er 1 maar die was gesloten tot 20:30 uur.Even wachten dus met een drankje op onze kamer.
Om 20:45 leek het nog steeds gesloten. Houten deuren dicht. Dan maar de deur proberen. We kwamen in een grote ruimte van circa 15 meter lang en 10 meter breed. Langs 1 muur lagen 7 levensgrote vaten, waarin wij dachten wijn.
We werden na wat roepen aan een picknick tafel gezet en konden meedoen aan het diner van 3 gangen. Door een andere gast die in slecht Engels en deels Spaans werd er uitgelegd wat er ging gebeuren. We begrepen er niets van maar het leek ons ok. Blijkbaar was het eten en 4 keer appelcider halen uit 1 van de tonnen.
Er werd een beker in onze handen gedrukt en we moesten bij 1 van de vaten gaan staan. Er werd een kraantje open gedraaid en aan ons om het vocht op te vangen. Dit bleek appelcider te zijn. Je proefde de fermentatie. 6% alcohol.
De eerste gang kwam op tafel, een omelet met kabeljauw. Smaakte heerlijk. Meerdere mensen kwamen de ruimte binnen om te eten. Je hoorde een schreeuw. Iedereen stond op en ging naar de man die de schreeuw gaf. Hij stond bij 1 van de 7 vaten. Kraan werd open gedraaid en iedereen moest wat cider opvangen. Wij deden trouw mee.
Na ons voorgerecht weer een schreeuw. Wij naar ton 3 en vingen cider op. Volgende gang Kabeljauw in een sausje met een ei. Smaakte ook heerlijk. Dit werd weer onderbroken door een schreeuw.
Hoofdgerecht een flinke steak met patat. Ook heerlijk en 2 maal onderbroken door een schreeuw. Bleken er nog 2 vaten achterin de ruimte te liggen. Tijdens het kaasplankje als nagerecht moesten we nog een aantal keer cider opvangen. De 4 hebben we zeker gehaald. Eten was heerlijk en de afwisseling met appelcider opvangen was een leuke afwisseling.
Vlak voor het hoofdgerecht werden we de keuken in geroepen door de kok om uitgelegd te krijgen wat hij deed. In het Spaans. We deden alsof het heel duidelijk was. Maar wat hij met de kaas en suiker deed is ons nog steeds een raadsel. Mocht je in noord spanje zijn, zoek een appelcider boer. Dit is echt een belevenis!
De volgende ochtend naar een kerkje, San Juan de Gaztelugatxe,op een eiland in de Atlantische Oceaan gekeken. Nadat we eerst door de politie 30 minuten aan de kant zijn gezet. Een wielerronde kwam ons tegemoet.
Tussenstop was Bilbao. Niet echt een heel bijzondere stad maar wel bekend van het Guggenheim museum. Dit vreemde zilverkleurige gebouw hebben we maar even van alle kanten gefotografeerd.
Onze eindhalte is in Santillana del Mar. Een ouderwets dorpje die vol ligt met kiezelstenen. Oude typische huizen. Heerlijk in de zon op het terras gezeten.
Langada pass via Epidavros theater naar Porto Cheli
Zondag 5 september
Zaterdag zijn we vroeg vertrokken om de Langada pass te rijden. De weg naar deze pass staat bekend om de mooiste van de Peloponnesos. En de weg was ook heel mooi. Diepe dalen en ruige bergen met overhangende kliffen en steile wegdelen. De 25 kilometer met af en toe stoppen was een leuke trip. We hebben het voor ons doen zeer rustig aan gedaan.
De avond sloten we af in Ano Doliana. Een bergdorp van 3 weggetjes. Echt een slaapdorp met 3 tavernes en 2 koffiebarretjes. Wij zaten in een villa B&B met totaal 3 kamers. Gebouwd van grote grove keien en uitzicht over Tripoli in het dal (gelukkig zaten we niet in Libië).
Zondagochtend na het ontbijt richting Porto Cheli. Een havendorp op een schiereiland van de Peloponnesos. De haven ligt vol met dure jachten. Voordat we daar aankwamen reden we op 1 kilometer van Epidavros. Hier was een opgraving met het grootste en best bewaarde theater. Helaas is er een voorstelling iedere avond met lasers. Daardoor stond er apparatuur en lagen er kussentjes op de zitplaatsen. Dat hadden ze echt niet een paar eeuwen voor de jaartelling volgens ons. We zijn nu wel bijgepraat over de oude Grieken. Die waren zeer productief.
Nu zitten we op ons balkon wat even groot is als onze hotelkamer met direct uitzicht op de haven. Even 2 dagen rustig aan om ons voor te bereiden op de laatste 2 dagen. Met een overwinning van Max in Zandvoort kunnen kijken op de laptop!
Oud Messini, schiereiland Mani en Monemvasia
Donderdag 2 september
Deze ochtend zijn we als eerste de opgravingen bij Oud Messini gaan bezoeken. Hier zijn de archeologen druk bezig om te restaureren. De omgeving geeft een indrukwekkend inzicht in hoe het was. Bij Binnenkomst benoemden wij uit de gein wat alles was. Waar het atletiek plaatsvond maar ook het worstelen. Bleken wij heel goed in voorspellen te zijn. Deze opgravingen vonden wij veel indrukwekkender dan bij Olympia. Wij denken dat de foto’s genoeg zeggen. Ben je in de buurt, ga er heen! Je mag ook bijna alles aanraken en betreden.
De middag was de trip naar het zuidelijkste dorp van schiereiland Mani. Een route langs een heel ruige kust met mooie heldere turquoise baaien en torens, heel veel torens. Hier staat Mani om bekend. In het verleden zijn er veel wachttorens gebouwd om zichzelf te beschermen. Velen zijn in verval geraakt maar hier en daar worden er meer en meer opgeknapt en bewoond of als hotel gebruikt. Varzia is de hotspot. Dit staat bovenop een berg en steekt af tegen de achtergrond. De helft van dit dorp is vervallen en de andere helft opgeknapt en bewoond. Wij hebben hier wat tijd rondgelopen om daarna te eindigen bij onze overnachting. Ook een typisch Manisch (?) huis in een rustige baai met 2 restaurants. 1 serveert erg goede vis.
Vandaag, vrijdag, opweg naar Monemvasia. Een berg / rots in zee verbonden door een brug met het vaste land. Op deze puist bevindt zich een middeleeuws dorpje. Maar eerst een tussenstop bij Dimitrios, onze Griekse brokkenpiloot. Dit schip ligt al jaren letterlijk voor de kust, op het strand. Pas sinds 1981. Het scheepswrak is makkelijk te bereiken en ook hier waren we weer alleen. Het is op veel plaatsen overigens best rustig in Griekenland. Maar dit houden we geheim totdat we weer in Nederland zijn.
Heel nauwe straten dus totaal geen auto’s in Monemvasia. De auto's staan letterlijk buiten de poort. Binnen de poort staan allemaal licht bruine huisjes, kerkjes en andere gebouwen. Gebouwd binnen de stadswal, de wal die tot bovenop de berg doorgaat. Het was werkelijk een doolhof van gangetjes en straatjes afgewisseld met pleinen. Alles lag vol met keitjes op de straten. Hotels waren er ook. Om er te komen moest je je koffers uitladen voor de poort van het dorp. Je auto 1,5 kilometer verderop parkeren en teruglopen. Dan komt er een kruier die je koffers ophaalt en voor je deze sjouwt naar het hotel, over hobbelige keien en nauwe straatjes. Het zal je werk maar zijn, en jij mag er achteraan rennen. Wij hebben alleen onze lunch daar gebruikt en rustig rondgewandeld. Ons hotel bevindt zich op 100 meter van de rots aan de andere kant van het water. Te veel gezeur voor een overnachting. Dorpje is zeker een bezoek waard (na een wandeling van ruim 1,5 kilometer in de zon)!